Texelse Bronnen: de boordborrel
Texelse Bronnen: de boordborrel Foto: Texelditweekend

Texelse Bronnen: de boordborrel

Historie
Overal waar scheepslui zijn – en dus ook op Texel - wordt sterke drank genuttigd. Is het om tijdens een zware storm toch de slaap te kunnen vinden, om een overwinning of aankomst te vieren, om een mooie visdag te bezegelen of gewoonweg om van het mooie weer te genieten, overal ter wereld wordt aan boord een borrel genuttigd. Op sommige schepen kreeg je zelfs standaard na het zware werk als rantsoen een glaasje. In Friesland ontwikkelde men zo de kruidenbitters, en onder andere op Texel het oorlam.

Daarnaast was het oorlam het beste medicijn tegen heimwee, infecties en ongedierte, althans dat meende men. En om de vriendschap aan boord te bezegelen. Het oorlam was een mengeling van gelijke delen jenever en water, aangevuld met extra jeneverbessen, peper, koriander, sinaasappelschil et cetera. Aan boord werd het ook nog eens gelagerd op eiken fusten, zodat het nog verder kon rijpen gedurende de maandenlange reizen. In de Gouden Eeuw was het gebruik van jenever zo populair geworden dat de overheid in de Noordelijke Nederlanden vreesde voor een tekort aan graan voor het bakken van brood. Het Vlaamse Hasselt behoorde op dat moment tot de Zuidelijke Nederlanden; hier mocht dus nog steeds jenever gestookt worden en de Noordelijke Nederlanden haalde de jenever toen daar vandaan.

Oorlam
De term oorlam zou volgens sommigen betekenen oudgast oftewel stamgast. Men kan de borrelnaam dus uitleggen als ‘borrel zoals de oorlam, de stamgast, er graag een lust’. Een andere theorie is dat het afgeleid zou zijn van het Maleise woord voor iemand van overzee die lang in Nederlands-Indië had verbleven: orang lama. Voorstelbaar is dat de kastelein een borrel maakte naar gelang de voorkeur van de stamgast, dat wil zeggen qua alcoholpercentage en kruiden. Bij wijze van spreken had de kastelein de kruiden in een glazen stolp op de toog staan. Zo moet het eeuwenlang gegaan zijn, al dan niet legaal of legitiem.

Jeneverbes
Ook op Texel groeiden ooit weelderig jeneverbesstruiken, zodat het niet ondenkbaar is dat men in oude herbergen langs de zee, zoals de Zeven Provinciën in Oudeschild waar Michiel de Ruyter zijn Engelse oorlogen voorbereidde, oorlam van Texelse herkomst nuttigde. Immers, de jeneverbes is inheems op Texel, maar de 70 exemplaren langs de Jan Ayeslag bij Den Hoorn, bij het Knobbelpad, zijn daar nog maar een matige afspiegeling van. Voor jenever heb je best wel wat bessen nodig en daarnaast doen de bessen er twee jaar over om te rijpen.

Memoires
Een matroos, Dirk Jan de Cooning, beschreef in zijn memoires hoe er aan het eind van de 19e eeuw op schepen met vaatjes waarin het oorlam werd bewaard werd omgesprongen.
Wanneer het ‘tijd van oorlam’ was, ’s morgens tegen half twaalf, als de schipper ‘handen schoon’ ging fluiten, bracht de bottelier eigenhandig het vaatje met zijn onderstel naar het voorschip en schonk daaruit aan elke rechthebbende een klein tinnen bekertje jenever ter inhoud van vijf vingerhoeden. Op een fluitsein en het bijbehorende commando ‘oorlam’ van de chef der equipage, kwam deze naar voren en had de uitdeling plaats volgens de scheepsrol, daartoe door de ‘rollezer’, den helper van den bottelier, afgeroepen.
Bij de marine werd het rantsoen jenever in 1846 beperkt en in 1895 werd het oorlam geheel afgeschaft. Bij het leger te land gebeurde dat pas in 1917.

Texelse jenever
Waarschijnlijk meer dan vijftig jaar lang is op Texel nauwelijks nog jenever of oorlam geproduceerd. Maar tegenwoordig kan men weer op diverse plekken Texelse borrels proberen. Zo produceert stokerij De Lepelaar op het landgoed De Bonte Belevenis in Den Hoorn Texelse jenever en TX-stokerij in Oosterend TX gin, beide gemaakt van ingekochte jeneverbessen van het vasteland. Op Texel staan de jeneverbesstruiken namelijk in natuurgebieden, waar ze niet geplukt mogen worden. In 2014 is de jeneverbes van de Rode Lijst gehaald, omdat ze niet meer zo zeldzaam is. In principe zou je met twee vergunningen jeneverbessen op Texel mogen gaan plukken.

Biologisch Texels
Naast deze jeneverbessen werkt TX met graan, vlierbloesem en duindoorn van Texelse bodem. Duindoorn mag echter niet uit beschermde natuurgebieden worden gehaald. De Bonte Belevenis stookt graanjenever uit biologische Texelse rogge-, Texelse tarwe- en gerstemout. Ze gebruiken hiervoor alleen graanalcohol uit de eigen distilleerderij en geen toevoegingen van moutwijn of industriële alcohol. Tijdens de tweede en laatste stook worden de jeneverbessen in de ketel gehangen. De jeneverdamp gaat door de gekneusde bessen heen en neemt zo de smaak en de geur mee in het eindproduct. Omdat deze jenever op zeer kleine schaal wordt geproduceerd, druppel voor druppel, is ze slechts beperkt verkrijgbaar. De Texelse Graanjenever is zacht en vol van smaak met een vleug jeneverbes. Het alcoholpercentage is 35%.

Vaderlandsche borrel
Hoe dat dan aan boord ging wordt overduidelijk uit het boek van schipper Dirk Kooger, die over de gehele Atlantische Oceaan uitzwierf in de eerste helft van de 19e eeuw. Hij krijgt richting Bremen een besabelde douanebeambte met vier matrozen aan boord maar hij heeft smokkelwaar (kleuwen schimansgaren) bij zich en vraagt de goedemonseur: “Mijnheer zal u ook een bittertje drinken??” Deze antwoordt: “Nee, het is nog te vroeg.” Vervolgens wordt er gevisiteerd maar er wordt gelukkig niets gevonden. Dan zegt de bangmaker: “Schipper, zullen we nu een bittertje drinken?” Ik antwoordde: “Met alle plezier mijnheer.”
Je komt er verder uitdrukkingen tegen als: ‘Geef hem nu van de neut’ (om te versnellen, als in: geef hem van katoen) en ‘Krijg nu de fles op het dek en geef het volk een goede borrel’ illustreren het boek.

Boordbitter
Ook de bitters zijn weer in opmars. Terwijl Friese bitters voornamelijk gemaakt worden met de moerasplant kalmoes, werkt men op de Waddeneilanden met gemengde receptuur. Zo wordt het Texels Juttertje gecreëerd met 14 verschillende kruiden en sinds 1930 bereid volgens een oud Texels familierecept. Juttertje werd ooit gemaakt op Texel zelf. Maar de enige destilleerderij op het eiland sloot in de jaren ’50 de deuren. Nu komt het bij Boomsma uit Leeuwarden vandaan op basis van een in een oude lessenaar teruggevonden Texels notitieboekje. Welke 14 kruiden bevat dan een kruidenbitter? Wij probeerden het geheim te achterhalen en kwamen tot: kaneel, kruidnagel, jeneverbes, vanille, koriander, steranijs, laurier, citroen- of sinaasappelrasp, marjolein, tijm, rozemarijn, bonenkruid of Provençaalse kruiden, zoethout en zeealsem.

Wadloper
De Bonte Belevenis produceert Wadloper. na een jaar van recepten schrijven, uitproberen, proeven, herschrijven en weer proeven, ontstond er een bitter van 30% alcohol met twintig verschillende kruiden, vruchten en specerijen. De smaak kan omschreven worden als: kruidig, licht zoet, met een nabittertje van onder andere engelwortel. TX maakt TX Scheepsbitter met Texelse zeevenkel.

Jeneverbuurt
Rest ons nog te melden dat er in vroeger tijden in Oudeschild een Jeneverbuurt was (’t Buurtje), waar naast veel kroegen ook overvloedig jenever in huis aanwezig was. Deze buurt werd ook wel eens minder vleiend Kollegat genoemd (‘gat’ = ‘doorgang’ en ‘kol’ = ‘dame van lichte zeden’). Dit maakt duidelijk dat er ook ander vertier te vinden was dan drank en eten.

Voor de producten van de Texelse distilleerderij TX en het Juttertje verwijzen wij u door naar Slijterij Jan De Wit, Weverstraat 18, Den Burg, tel. (0222) 312134, e-mail jandewit.uwtopslijter@gmail.com.

Voor een proeverij (op afspraak) en de producten van Distilleerderij De Lepelaar kunt u terecht bij: Landgoed de Bonte Belevenis,
Rommelpot 11, Den Hoorn, tel. (0222) 314180,
e-mail info@landgoeddebontebelevenis.nl.

(door René Zanderink, bioloog-journalist en organisator van culinaire trips op Texel)